De zeer sterk toegenomen technische complexiteit van onze samenleving leidde ertoe dat deskundigen-onderzoek een prominente rol verworven heeft in juridische besluitvormingsprocessen. Steeds vaker velt de rechter, de arbiter of de verzekeraar slechts een oordeel aan de hand van de conclusies van een expert. De praktijk wijst echter ook uit dat deskundigenbewijs – niettegenstaande de inhoudelijk hoogstaande kwaliteit van het rapport - vaak problematisch is. Soms worden elementaire regelen van behoorlijke procesvoering n.a.v. het deskundigenonderzoek miskend, wordt er onvoldoende rekening gehouden met de vereisten van onpartijdigheid en onafhankelijkheid, loopt de kostprijs of de duur van de expertise uit de hand, wordt er ontoereikend toezicht uitgeoefend op het verloop van het deskundigenonderzoek en de doelmatigheid ervan, …
Afgezien van de vaktechnische vraagstukken zijn de juridische en deontologische problemen waarmee de deskundige geconfronteerd wordt bijzonder complex. De nood aan een bijkomende professionele vorming op hoog niveau van de (gerechtelijk) expert of kandidaat (gerechtelijk) expert is groot.
De wetgever heeft met de wet van 10 april 2014 een nationaal register van gerechtsdeskundigen ingesteld. De vereiste juridische kennis in hoofde van de deskundige voor opname in dit nationaal register werd in het KB van 30 maart 2018 bepaald.
De opleiding "Inleiding tot het recht voor gerechtsdeskundigen" beantwoordt volledig aan de door de wet en het KB voorgeschreven opleidingsvereisten voor de juridische kennis in hoofde van de kandidaat-gerechtsdeskundige die zijn opname in het nationaal register van gerechtsdeskundigen ambieert. De Federale Overheidsdienst Justitie verleende, na evaluatie, zijn accreditatie aan deze opleiding.