18 januari 2023

Dient er in een BV zowel een nettoactieftest als een liquiditeitstest uitgevoerd te worden in het kader van uitkeringen die gebeuren aan werknemers (code 696 van de jaarrekening) onder de vorm van winstpremie? Wat is de juridische basis voor het al dan niet toepassen van voorgenoemde testen?”

 

  1. De volgende situatie wordt beschreven:

     

    Art 5:142 WVV handelt over de nettoactieftest. In de memorie van toelichting inzake dit artikel wordt gesteld dat “… Deze regel geldt in de ontworpen bepaling voor alle uitkeringen zonder onderscheid tussen dividenden, tantièmes of andere gelijkgestelde verrichtingen zoals de inkoop van eigen aandelen of financiële steunverlening.” Dient er in een BV zowel een nettoactieftest als een liquiditeitstest uitgevoerd te worden in het kader van uitkeringen die gebeuren aan werknemers (code 696 van de jaarrekening) onder de vorm van winstpremie? Wat is de juridische basis voor het al dan niet toepassen van voorgenoemde testen?

     

  2. Het ICCI wenst mee te geven dat de geschetste situatie reeds het voorwerp heeft uitgemaakt van debat tijdens de vergadering van de Juridische Commissie van het IBR van 29 september 2022, die dienaangaande volgend standpunt heeft geuit, zoals weergegeven in de notulen goedgekeurd tijdens de vergadering van de Juridische Commissie van het IBR van 8 december 2022:

     

    Een lid van de Juridische Commissie is van oordeel dat er een zeer duidelijke hypothese bestaat: het geval waarin de winstpremie eigenlijk tantièmes verhullen die aan “feitelijke bestuurders” worden uitgekeerd, zodat hier duidelijk de uitkeringstests dienen te worden toegepast.

     

    Als de premie aan de werknemers wordt berekend op basis van de uitkeerbare winst, zou de logica voorschrijven dat de uitkeringstests moeten worden toegepast. Maar het is afhankelijk van hoe de winstpremie is gevormd en hoe deze boekhoudkundig wordt geboekt. Als het deel uitmaakt van de vergoeding van de werknemer, dan is dit contractueel vastgelegd en dus niet afhankelijk van de winst van de vennootschap. Het is duidelijk dat de wetgever deze premies wilde koppelen aan een winstuitkering.

     

    De leden van de Juridische Commissie zijn het erover eens dat, indien de winstpremie aan werknemers afhankelijk is van het resultaat (winst of verlies) van het boekjaar van de vennootschap, deze in principe als tantième moet worden beschouwd en dat de uitkeringstests moeten worden toegepast.

     

    Daarom moet worden onderzocht of de betrokken winstpremie aan werknemers een soort onveranderlijk verworven recht is (geen uitkeringstests), dan wel of de premie afhankelijk is van het resultaat van het boekjaar en de algemene vergadering dit dient goed te keuren (bv. geen uitkering als het boekjaar afsluit met verlies) (wel uitkeringstests). De netto-actieftest wordt niet a priori toegepast omdat de premie wordt uitgekeerd op basis van de laatste jaarrekening”.

     

  3. Op basis van het voorgaande, is het ICCI van oordeel dat in een BV zowel een nettoactieftest als een liquiditeitstest dient te worden uitgevoerd in het kader van uitkeringen die gebeuren aan werknemers (code 696 van de jaarrekening) onder de vorm van winstpremie, mits desbetreffende winstpremie aan werknemers afhankelijk is van het resultaat (winst of verlies) van het boekjaar van de vennootschap. Indien dit effectief het geval is, moet de kwestieuze winstpremie in principe als tantième worden beschouwd en moeten de uitkeringstests overeenkomstig de artikelen 5:142, eerste lid WVV (nettoactieftest) en 5:143, eerste lid WVV (liquiditeitstest) worden toegepast.

 

Sleutelwoorden: winstpremie, nettoactieftest, liquiditeitstest

Mots clés: Prime bénéficiaire,  test d’actif net, test de liquidité