20 februari 2008
Artikel 25bis van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten bepaalt dat “emittenten waarvan de financiële instrumenten zijn toegelaten, op hun verzoek of met hun instemming, tot de verhandeling op een Belgische gereglementeerde markt of het voorwerp uitmaken van een aanvraag om daartoe te worden toegelaten, of de personen die namens voornoemde emittenten of voor hun rekening optreden, stellen een lijst op van alle personen die bij hen, op basis van een arbeidscontract of anderszins, werkzaam zijn en op regelmatige of incidentele basis toegang hebben tot voorkennis die direct of indirect op de emittent betrekking heeft. De emittenten en de personen die namens hen of voor hun rekening optreden, moeten die lijst regelmatig actualiseren en desgevraagd aan de CBFA toezenden.”.
Uit de tekst van het Koninklijk Besluit van 24 augustus 2005 (B.S., 9 september 2005, p. 39.500 e.v.) dat artikel 25bis van de wet van 2 augustus 2002 invoegt, blijkt duidelijk dat derden die handelen in naam en voor rekening van de emittent ook zelf een lijst van dergelijke personen in hun organisatie moeten opstellen. Bedrijfsrevisoren komen enkel in aanmerking in de veronderstelling dat zij zouden optreden namens of voor rekening van de emittent; dat kan zeker het geval niet zijn, wanneer zij als commissaris optreden en het is niet duidelijk of een bedrijfsrevisor(-enkantoor) kan optreden namens of voor rekening van de emittent.
Op grond van het Verslag aan de Koning bij het bovenvermelde koninklijk besluit (toelichting bij de artikelen – artikel 5) blijkt dat de verplichting met betrekking tot het opstellen van de lijst van personen met voorkennis op de emittent, en op de personen die namens hen of voor hun rekening optreden, rust en dat de bedrijfsrevisoren en hun medewerkers in elk geval op de lijst van die emittent moeten voorkomen, indien zij toegang hebben tot de bevoorrechte inlichtingen.