4 februari 2011
Artikel 134, § 2 van het Wetboek van vennootschappen / artikel 3:65, § 2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, bepaalt dat de bezoldiging / honoraria van de commissaris wordt / worden vermeld in de toelichting bij de jaarrekening.
Deze wetswijziging werd besproken op pagina 97 van het Jaarverslag 2007 van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren (IBR), dat beschikbaar is op de website van het IBR (http://www.ibr-ire.be.) onder de rubriek “Documentatie – Jaarverslagen”:
Rekening houdend met de wettekst moet elke vennootschap, vzw of stichting, die een commissaris heeft benoemd, ongeacht haar grootte, de bezoldiging van de commissaris in de toelichting bij de jaarrekening vermelden. De bezoldiging voor de uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten moet eveneens in de toelichting worden vermeld (art. 134, § 3 W. Venn. / art. 3:65, § 2 WVV).
Het voorwerp van en de bezoldiging verbonden aan uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd door de commissaris worden niet meer in het jaarverslag opgenomen sedert de inwerkingtreding van de wijzigingen aangebracht aan artikel 134 van het Wetboek van vennootschappen / artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen door artikel 101 van de wet van 20 juli 2006.