10 maart 2009

Dient de vergoeding van de commissaris vermeld te worden in het jaarverslag als deze vergoeding niet apart gemeld wordt in de toelichting van de jaarrekening?

 

Artikel 134, § 2 van het Wetboek van vennootschappen / artikel 3:65, § 2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, bepaalt dat de honoraria van de commissaris worden vermeld in de toelichting bij de jaarrekening.

 

Deze wetswijziging werd besproken op pagina 97 van het Jaarverslag 2007 van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren, dat beschikbaar is op de website van het Instituut (www.ibr-ire.be) onder de rubriek “Regelgeving en publicaties – Publicaties– Alle jaarverslagen”:

 

Voor meer informatie wordt er verwezen naar pagina 4 van de Mededeling van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren van 27 april 2007 “Omzetting van de Europese Richtlijn van 17 mei 2006 – Wijzigingen aan het Wetboek van vennootschappen en verenigingen”.

 

Deze mededeling is beschikbaar op de Extranet van het Instituut onder de rubriek “Regelgeving en publicaties – Rechtsleer – Mededelingen”.

 

Rekening houdend met de duidelijke wettekst moet elke vennootschap, VZW of stichting, die een commissaris heeft benoemd, ongeacht haar grootte, de honoraria van de commissaris in de toelichting bij de jaarrekening vermelden. De honoraria voor de uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten moeten eveneens in de toelichting worden vermeld (art. 134, § 3 W. Venn. / art. 3:65, § 3 WVV).

 

De honoraria van de commissaris worden niet langer in het jaarverslag opgenomen.