9 mei 2016

Een politieke partij, wiens boekhouding men naziet, vraagt om begin mei het verslag af te leveren. Nochtans is de uiterste indieningsdatum wettelijk aangepast naar 30 juni. Kan dit?

Als antwoord op deze vraag kan het ICCI meegeven dat, overeenkomstig artikel 24, eerste lid van de wet van 4 juli 1989 [1], het financieel verslag over de jaarrekeningen van de politieke partij en haar componenten uiterlijk op 30 juni (“binnen zes maanden na het afsluiten van de rekeningen”) dient te worden ingediend. Het verslag van de bedrijfsrevisor maakt deel uit van dit financieel verslag (deel 4) [2].

Het ICCI is van mening dat er in principe geen bezwaar is tegen het uitvoeren van de werkzaamheden en het afleveren van het verslag door de bedrijfsrevisor in april of mei, voor zover natuurlijk dat de consolidatie van de financiering van de politieke partij voordien werd voltooid en dat de bedrijfsrevisor voldoende tijd heeft gekregen om deze consolidatie te controleren. Het ICCI meent weliswaar dat de nodige afspraken met betrekking tot de timing van de werkzaamheden best worden gemaakt voor het aanvaarden van de opdracht en dat deze afspraken worden vastgelegd in de opdrachtbrief.

[1] Wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de Kamer van volksvertegenwoordigers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen (BS 20 juli 1989).

Art. 24, eerste lid Wet 4 juli 1989 is laatst gewijzigd door art. 2 Wet 11 juni 2015 (BS 22 juni 2015 (ed. 2)), met ingang van 1 januari 2016 (art. 7), luidende als volgt: “In artikel 24, eerste lid, van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de Kamer van volksvertegenwoordigers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 6 januari 2014, worden de woorden “honderdtwintig dagen” vervangen door de woorden “zes maanden”.”.

[2] Cf. Bijlage bij de wet van 4 juli 1989.