26 juni 2007
Is het mogelijk voor een commissaris ontslag te nemen om reden van onenigheid over bijkomende erelonen?
Bij de raming van het ereloon voor de controleopdracht bij de genoteerde vennootschap waar een commissaris werd benoemd, dient deze zich voorafgaandelijk te vergewissen over de structuur van deze vennootschap en haar filialen. Indien de commissaris deze informatie niet heeft opgevraagd, is de reactie van de raad van bestuur begrijpelijk om zijn verzoek voor aanvullende erelonen te betwisten.
Alhoewel de commissaris oordeelt dat een volkomen controle van de betrokken dochteronderneming noodzakelijk is om te kunnen uitspreken over de geconsolideerde jaarrekening, heeft hij evenwel geen verplichting om deze controle uit te voeren zonder een gepast ereloon. Het gevolg van een dergelijke beslissing zou natuurlijk zijn dat de commissaris een verklaring met voorbehoud of wellicht een onthoudende verklaring moet afleveren. Dergelijk verslag zou wellicht ook betwist worden door de raad van bestuur van de moedervennootschap die mogelijks zou beweren dat het ereloon van de commissaris de controle dekte van de volledige groep.
In dit verband is het passend de aandacht te vestigen op de volgende opmerkingen:
1. Onvoorziene uitgebreidere controlewerkzaamheden zijn inderdaad een rechtvaardiging voor een vraag om bijkomende erelonen. Een verzoek in deze zin dient evenwel te gebeuren van zodra de commissaris zich bewust wordt van de noodzaak en van het “onvoorzienbaar” karakter van deze prestaties. De commissaris kan evenwel geen bijkomende erelonen aanrekenen zonder de goedkeuring van de raad van bestuur en van de algemene vergadering.
2. De commissaris kan ongetwijfeld ontslag nemen indien hij van oordeel is in deze omstandigheden niet verder de functie als commissaris te kunnen uitoefenen. Het Wetboek van vennootschappen / Wetboek van vennootschappen en verenigingen stelt duidelijk dat de vergoeding van de commissaris hem moet toelaten zijn controle uit te voeren overeenkomstig de controlenormen (art. 134, § 2 W. Venn. / art. 3:65, § 2 W. Venn.).
3. De commissaris kan eenzijdig zijn ontslag aanbieden. Hij kan dit slechts doen voor zover het boekhoudkundig jaareinde niet voorbij is, zo niet moet hij eerst verslag uitbrengen over de controle van deze betrokken jaarrekening. De beweegredenen voor het ontslag moeten schriftelijk worden uiteengezet. Het ontslag kan slechts worden aanvaard door een algemene vergadering, hetzij de gewone hetzij een buitengewone algemene vergadering. De commissaris moet tevens de algemene vergadering verzoeken om in zijn vervanging te voorzien.
4. Het aanbieden van zijn ontslag gebeurt inderdaad best door een aangetekend schrijven te richten aan de algemene vergadering. Het is aangewezen dat de commissaris een afschrift van zijn schrijven richt aan de raad van bestuur.