30 augustus 2007
Moet een kleine Belgische vennootschap die de dochtervennootschap is van een moedervennootschap die in Ierland een geconsolideerde jaarrekening publiceert een commissaris benoemen?
Uit artikel 141, 2° van het Wetboek van vennootschappen / artikel 3:72, 2° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen blijkt duidelijk dat de vrijstelling van benoeming van commissaris niet toepasselijk is voor Belgische vennootschappen die deel uitmaken van een groep die gehouden is een geconsolideerde jaarrekening op te stellen en te publiceren. Er wordt hier uitgegaan van de veronderstelling dat de Ierse moedervennootschap effectief “gehouden” is een geconsolideerde jaarrekening op te stellen overeenkomstig de Ierse wetgeving.
Wat de territoriale toepassing betreft, kan er geen twijfel bestaan over het feit dat de vennootschap die consolideert, zowel een vennootschap naar Belgisch als naar buitenlands recht kan zijn. De verplichting tot consolidatie in hoofde van de groep kan zowel uit de Belgische wet, als uit de buitenlandse wet voortvloeien. De beperkende toevoeging “in België” werd geschrapt; er wordt dus niet alleen verwezen naar de Belgische wetgeving in verband met de consolidatie en evenmin naar het begrip Belgische groep. Wat de Belgische groepen betreft, wordt rekening gehouden met de criteria bedoeld in artikel 16, § 1 van het Wetboek van vennootschappen / artikel 1:26, §1 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. Wanneer de consolidatie volgens een buitenlandse wet is opgelegd aan een buitenlandse vennootschap, hebben de bepalingen van dat buitenlands recht indirecte gevolgen wat de verplichting tot benoemen van een commissaris betreft voor de vennootschap naar Belgisch recht. Die toestand kan vanuit juridisch oogpunt niet worden aangevochten: niets verhindert inderdaad de Belgische wetgever een verplichting te bepalen voor een vennootschap naar Belgisch recht onder referte aan een feitelijke toestand die in het buitenland bestaat.
Het feit dat gegevens met betrekking tot de jaarrekening van de Belgische dochteronderneming niet worden opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Ierse groep is geen rechtvaardiging om geen commissaris te benoemen in de Belgische dochtervennootschap.