3 december 2014
Er is een klant BVBA (afsluitdatum boekjaar 31/12) die reeds 1 criteria van artikel 15 van het Wetboek van vennootschappen (balanstotaal) heeft overschreden.
Bij de opmaak van een tussentijdse situatie, hebben we vastgesteld dat als we de omzet pro-rateren, ook het criterium van jaaromzet zou worden overschreden.
De vennootschap zal dus een grote vennootschap worden wat inhoudt dat zij ook een commissaris zal moeten aanstellen.
Nu heeft men omtrent deze aanstelling van de commissaris verschillende vragen, namelijk:
Wanneer moet deze worden aangesteld?
Vanaf wanneer begint de bevoegdheid te lopen? Vanaf 1 januari 2014 (begin boekjaar waarin de vennootschap beide criteria overschrijdt) of vanaf 1 januari 2015 (terugkijkend naar de vorige 2 jaren is dit het eerste boekjaar waarin de vennootschap als groot wordt aanzien)?
Als de vennootschap weer onder de criteria zakt, moet de commissaris dan worden aangehouden voor de 3 jaar die hij is aangesteld, of mag hij dan worden ontslaan?
Vb. jaar X was er overschrijding, X+1 niet, X+2 niet dan is hij voor vennootschapsbelasting in X+3 weer klein, mag de commissaris dan per 1/1/X+3 worden ontslaan?
Het ICCI kan op de vraag antwoorden als volgt:
Punten 1) tot 3)
Als antwoord op deze drie punten verwijst het ICCI naar een uittreksel van de IBR Studies 2004, De vennootschap en haar commissaris: praktische toepassingsgevallen, (Brussel, 2004, p. 17 e.v.).
“Een vennootschap, die als groot moet worden beschouwd, gaat onmiddellijk over tot de benoeming van een commissaris (cf. artikel 131 van het Wetboek: “Bij ontstentenis van commissarissen of wanneer alle commissarissen zich in de onmogelijkheid bevinden om hun taak uit te voeren wordt onmiddellijk in de benoeming of vervanging van de commissarissen voorzien.”). In de meeste gevallen stelt de vennootschap die groot wordt zich echter tevreden met het ertoe overgaan in de loop van de eerste gewone algemene vergadering die volgt op de kennisname van het feit dat ze niet meer klein is.
Voorbeeld: tijdens de boekjaren 1, 2 en 3 overschrijdt de vennootschap de criteria niet; tijdens boekjaar 4 overschrijdt ze de criteria. De vennootschap zal als klein worden beschouwd voor de boekjaren 3 en 4, aangezien ze de twee voorafgaande boekjaren iedere keer onder de criteria was gebleven. Daarentegen zal ze als groot worden beschouwd vanaf boekjaar 5 (de voorwaarde van de twee voorafgaande boekjaren is niet meer vervuld). Men zal gewoonlijk overgaan tot de benoeming bij een gewone algemene vergadering die gehouden wordt tijdens boekjaar 5 [in uw geval boekjaar 2015]”. De commissaris die in 2015 zal worden benoemd door de algemene vergadering staat in voor het nazicht van de financiële gegevens vanaf 1 januari 2015 voor zover het boekjaar overeenstemt met het kalenderjaar.
Voor meer informatie daaromtrent, verwijst het ICCI naar de bovenvermelde IBR Studies 2004, beschikbaar op www.ibr-ire.be, onder de rubriek “Publicaties – IBR Studies”.
Punt 4)
Artikel 135, § 1 van het Wetboek van vennootschappen (W. Venn.) bepaalt dat : “De commissarissen worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van drie jaar. Op straffe van schadevergoeding kunnen zij tijdens hu opdracht alleen om wettige redenen worden ontslagen door de algemene vergadering.”.
Het niet meer overschrijden van de criteria wordt in het algemeen niet als een wettige grond tot ontslag gekwalificeerd (B. Tilleman, Het statuut van de commissaris, Brugge, die Keure, 2007, p. 11-12, nr. 19). De commissaris moet niet worden herbenoemd op het einde van de driejarige termijn van zijn mandaat wanneer de vennootschap op het einde van het tweede en het derde jaar van het mandaat niet meer dan één van de criteria opgenomen in artikel 15 van het Wetboek van vennootschappen overschrijdt.