Wat betreft de continuïteit van de bedrijfsactiviteit, wijzigt ISA 570 de eerder gehanteerde aanpak van de commissaris?

Gepubliceerd op 19 juni 2015

ISA's en ISRE's > reikwijdte van het oordeel over de jaarrekening

Antwoord:

De opgeheven aanbeveling betreffende de controle van een vennootschap in moeilijkheden had als voornaamste doelstelling om toelichting te verstrekken omtrent de verantwoordelijkheden van de commissaris bij de uitvoering van zijn controleopdracht wanneer de vennootschap in financiële moeilijkheden verkeert. ISA 570 "Continuïteit" behandelt de verantwoordelijkheden van de auditor inzake de controle van financiële overzichten met betrekking tot de wijze waarop het management bij het opstellen van de financiële overzichten de continuïteitsveronderstelling hanteert.

De doelstelling van ISA 570 is minder uitgebreid dan de oude aanbeveling, dewelke meerdere aspecten behandelt die hoofdzakelijk voortvloeien uit het Wetboek van vennootschappen.

Een vergelijking van de twee regelgevingskaders is hier niet gerechtvaardigd, aangezien het kader van ISA 570 restrictiever is. Het is echter nuttig om de fundamentele aspecten van ISA 570 samen te vatten:

  • De continuïteitsveronderstelling is een essentiële boekhoudregel waarmee, bij het opstellen van de jaarrekening, steeds rekening dient te worden gehouden in de context van het getrouw beeld van de jaarrekening. De continuïteitsveronderstelling vereist dat het bestuursorgaan de mogelijkheid beoordeelt van de entiteit om haar continuïteit te handhaven en haar waarderingsregels indien nodig aan te passen. In België is deze verplichting opgenomen in artikel 28 van het koninklijk besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen.
  • De continuïteitsveronderstelling houdt in dat een entiteit wordt geacht haar activiteiten in de voorzienbare toekomst voort te zetten, tenzij het management voornemens is de entiteit in vereffening te stellen of de activiteiten te beëindigen dan wel hiervoor geen realistisch alternatief heeft.
  • De verplichting om de mogelijkheid te beoordelen van de entiteit om haar continuïteit te handhaven, rust op het bestuursorgaan.
  • In ISA 570 wordt uitdrukkelijk erkend dat de beoordeling door het bestuursorgaan van de mogelijkheid van de entiteit om haar continuïteit te handhaven, inhoudt dat het op een bepaald moment een inschatting maakt van inherent onzekere toekomstige uitkomsten van gebeurtenissen of omstandigheden. Ter illustratie worden enkele factoren aangehaald.
  • De commissaris dient voldoende en geschikte controle-informatie te verkrijgen met betrekking tot de geschiktheid van het hanteren door het bestuursorgaan van de continuïteitsveronderstelling bij het opstellen en presenteren van de jaarrekening, te concluderen of er sprake is van een onzekerheid van materieel belang met betrekking tot de mogelijkheid van de entiteit om haar continuïteit te handhaven en de implicaties voor de controleverklaring te bepalen.
  • Bij het uitvoeren van risico-inschattingswerkzaamheden dient de auditor te overwegen of er gebeurtenissen of omstandigheden zijn die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de entiteit om haar continuïteit te handhaven. Hij dient hier gedurende de hele controle alert op te blijven.
  • De auditor dient de beoordeling door het bestuursorgaan van de mogelijkheid te beoordelen van de entiteit om haar continuïteit te handhaven. ISA 570 vermeldt uitdrukkelijk de audit van de kleine entiteiten en de mogelijkheid bij gebrek aan een gedetailleerde beoordeling door de eigenaar-bestuurder om controle-informatie te verkrijgen via onderzoeksprocedures, besprekingen en documenten ter staving van de continuïteitsveronderstelling.
  • Indien de commissaris gebeurtenissen of omstandigheden identificeert die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de entiteit om haar continuïteit te handhaven, dient hij, teneinde te bepalen of er al dan niet sprake is van een onzekerheid van materieel belang, voldoende en geschikte controle-informatie te verkrijgen door aanvullende controlewerkzaamheden uit te voeren en na te gaan of er beperkende factoren in het spel zijn. De aanvullende controlewerkzaamheden dienen onder meer de beoordeling van de plannen voor toekomstige maatregelen opgesteld door het management om de situatie van de vennootschap te verbeteren, van de haalbaarheid van deze plannen en van de kasstroomprognose te omvatten.
  • Indien de auditor van mening is dat de mogelijke gevolgen van de gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de entiteit om haar continuïteit te handhaven belangrijker zijn dan de gevolgen van de beperkende factoren, dient hij te concluderen dat er sprake is van een onzekerheid van materieel belang. In dit geval is een adequate toelichting in de jaarrekening vereist.
  • Indien er sprake is van een onzekerheid van materieel belang met betrekking tot de continuïteit, dient de commissaris hiermee rekening te houden bij het opstellen van zijn verslag. De verschillende scenario's en oordelen kunnen als volgt worden samengevat:
    • Gepaste continuïteitsveronderstelling: oordeel zonder voorbehoud met paragraaf ter benadrukking van bepaalde aangelegenheden;
    • Gepaste continuïteitsveronderstelling: gedeeltelijk adequate of niet adequate toelichting: oordeel met voorbehoud respectievelijk afkeurend oordeel;
    • Niet gepaste continuïteitsveronderstelling: afkeurend oordeel ;
    • Onmogelijkheid om controle-informatie te verkrijgen: oordeelonthouding.
  • De paragraaf ter benadrukking van bepaalde aangelegenheden heeft als doel:

(a) te benadrukken dat er sprake is van een onzekerheid van materieel belang met betrekking tot de gebeurtenis of omstandigheid die significante twijfel kan doen ontstaan over de mogelijkheid van de entiteit om haar continuïteit te handhaven; en

(b) de aandacht te vestigen op de adequate toelichting in de jaarrekening (ISA 570, par. 18), zelfs indien deze informatie niet voorkomt in het jaarverslag.

De paragraaf ter benadrukking van bepaalde aangelegenheden is dus over het algemeen veel beknopter dan in het verleden. De bedoeling is niet om een samenvatting te geven van de informatie verstrekt door het bestuursorgaan.

Vorige pagina

______________________________

Disclaimer: De Stichting Informatiecentrum voor het Bedrijfsrevisoraat (ICCI) geeft op een autonome wijze, dus los van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren (IBR), antwoorden op vragen van bedrijfsrevisoren met betrekking tot revisorale opdrachten. Deze adviezen vertegenwoordigen dus niet noodzakelijk het standpunt van de Raad van het IBR. Het formeel standpunt van het IBR kan enkel via de officiële organen, met name de Raad of, in voorkomend geval, het Uitvoerend comité worden ingewonnen. Hoewel het ICCI met de grootste zorgvuldigheid de ontvangen vragen behandelt en hiervoor beroep doet op personen met de vereiste bekwaamheden, wordt ten aanzien van de antwoorden geen enkele waarborg geboden en draagt het geen enkele contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid voor de eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit feitelijke of juridische vergissingen die werden begaan in het kader van de verstrekte antwoorden en informatie. De FAQ’s betreffende de ISA’s, ISRE’s en ISQC 1 werden opgesteld in overleg met de werkgroep ISA & ISQC 1 en de Commissie Normen van het IBR.