Is een bevestigingsbrief verplicht?

Gepubliceerd op 5 juli 2019

het commissarisverslag > bevestigingsbrief

Antwoord:

Overeenkomstig paragraaf 1 van ISA 580 over de schriftelijke bevestigingen, wordt de bevestigingsbrief van de leiding van de gecontroleerde entiteit verplicht voor alle audits en werd zijn minimaal vereiste inhoud vastgelegd (zie paragrafen 10 tot 20 van ISA 580)[1]
Het verkrijgen van deze schriftelijke bevestigingen is noodzakelijke controle-informatie die de commissaris dient te verkrijgen voor de controleopdracht met betrekking tot de jaarrekening. De noodzaak voor het verkrijgen van de schriftelijke bevestigingen is gelegen in het feit dat de commissaris met betrekking tot bepaalde aspecten van de controleopdracht geen conclusies kan formuleren louter op basis van de overige verkregen controle-informatie. De bijkomende norm (herzien in 2018) en een aantal ISA’s vereisen het verkrijgen van schriftelijke bevestigingen, zoals onder meer ISA 240 (fraude), ISA 250 (het in aanmerking nemen van wet- en regelgeving), ISA 550 (transacties met verbonden partijen) en ISA 570 (Herzien) (continuïteit). De bevestigingsbrief gericht aan de commissaris dient de door de ISA’s en de door paragrafen 71 tot en met 75 van de bijkomende norm (herzien in 2018) vereiste schriftelijke bevestigingen te bevatten. Indien de commissaris vaststelt dat één van deze bijkomende Belgische bevestigingen niet van toepassing is, kan deze evenwel worden weggelaten.


[1] Voor een voorbeeld, cf. https://icci.be/nl/publicaties-en-tools/modeldocumenten/modeldocumenten-detail-page/pack-petites-entites-kleine-entiteiten-pe-ke.

Vorige pagina

______________________________

Disclaimer: De Stichting Informatiecentrum voor het Bedrijfsrevisoraat (ICCI) geeft op een autonome wijze, dus los van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren (IBR), antwoorden op vragen van bedrijfsrevisoren met betrekking tot revisorale opdrachten. Deze adviezen vertegenwoordigen dus niet noodzakelijk het standpunt van de Raad van het IBR. Het formeel standpunt van het IBR kan enkel via de officiële organen, met name de Raad of, in voorkomend geval, het Uitvoerend comité worden ingewonnen. Hoewel het ICCI met de grootste zorgvuldigheid de ontvangen vragen behandelt en hiervoor beroep doet op personen met de vereiste bekwaamheden, wordt ten aanzien van de antwoorden geen enkele waarborg geboden en draagt het geen enkele contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid voor de eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit feitelijke of juridische vergissingen die werden begaan in het kader van de verstrekte antwoorden en informatie. De FAQ’s betreffende de ISA’s, ISRE’s en ISQC 1 werden opgesteld in overleg met de werkgroep ISA & ISQC 1 en de Commissie Normen van het IBR.