13 januari 2015

MAG EEN COMMISSARIS VAN EEN VENNOOTSCHAP/VERENIGING ZETELEN IN DE JURY DIE OVERGAAT TOT HET BEOORDELEN VAN DE GESCHIKTHEID VAN EEN KANDIDAAT FINANCIEEL DIRECTEUR?

Het advies van deze jury (bestaande uit 5 personen/stemmen) gaat naar de raad van bestuur van de vennootschap/vereniging die de uiteindelijke beslissing neemt.
De betrokken directeur (indien verkozen) treedt nog in functie tijdens het lopende mandaat.

Als antwoord op de vraag verwijst het ICCI naar artikel 3:63 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV).

 

Naar de mening van het ICCI valt de omschreven prestatie binnen de opsomming in voornoemd artikel 3:63, § 1 WVV en is zij bijgevolg een verboden niet-controledienst

 

Het uitvoeren van desbetreffende prestatie impliceert volgens het ICCI immers de zoektocht voor de gecontroleerde vennootschap naar of de benadering van kandidaten voor de functie van leidinggevenden die zich in een positie bevinden waarin zij wezenlijke invloed kunnen uitoefenen op de opstelling van boekhoudkundige documenten of financiële overzichten waarop de wettelijke controle betrekking heeft [1] (art. 3:63, § 2, WVV), er redelijkerwijze van uitgaande dat de financieel directeur effectief deel uitmaakt van het leidinggevend personeel van de gecontroleerde vennootschap/vereniging/entiteit.

 

De opgesomde werkzaamheid is bijgevolg onverenigbaar met het mandaat van commissaris.



[1] Leidinggevend personeel werd reeds gedefinieerd in het sociaal recht. Het koninklijk besluit van 25 mei 1999 betreffende de ondernemingsraden en de comités voor preventie en bescherming op het werk bevat in artikel 1, 4° dergelijke definitie waarnaar hier kan worden verwezen. De definitie luidt : “de personen belast met het dagelijks beheer van de onderneming, die gemachtigd zijn om de werkgever te vertegenwoordigen en te verbinden, alsmede de personeelsleden, onmiddellijk ondergeschikt aan die personen, wanneer zij eveneens opdrachten van dagelijks beheer vervullen”. Deze prestatie viseert ook de bovenvermelde personen die op grond van interim-management worden ingeschakeld in één van de bovenvermelde entiteiten. (Cf. Uittreksel uit het verslag aan de Koning omtrent artikel 183ter K.B. 30 januari 2001, ingevoegd bij art. 2 K.B. 4 april 2003, BS 19 mei 2003).

______________________________

Disclaimer: Hoewel het Informatiecentrum voor het Bedrijfsrevisoraat (ICCI) met de grootste zorgvuldigheid de ontvangen vragen behandelt en hiervoor beroep doet op personen met de vereiste bekwaamheden, wordt ten aanzien van de antwoorden geen enkele garantie geboden en draagt het geen enkele contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid voor de eventuele schade die zou kunnen voortvloeien uit feitelijke of juridische vergissingen die werden begaan in het kader van de verstrekte antwoorden en informatie. Het antwoord wordt alleen in de taal van de vraagsteller overgenomen. De lezer en in het algemeen de gebruiker van dit antwoord blijft als enige verantwoordelijk voor het gebruik daarvan.